MEERJARENBEGROTING 2019-2022

Financiering

Algemene ontwikkelingen

Hoewel de economische groei in ons land zich goed ontwikkelt, laat deze in de Eurozone in 2018 een gematigder ontwikkeling zien. De groei is niet meer zo hoog als in het voorgaande jaar. Ook voor 2019 zijn prognoses voor de economische groei voor de Eurozone in z'n geheel enigszins naar beneden bijgesteld. De Europees Centrale Bank (ECB) heeft halverwege 2018 aangekondigd het zogenaamde opkoopprogramma van obligaties (opkopen van obligaties drukt de lange rente) per eind 2018 te beëindigen. Een eerste stap naar een meer neutraal rente niveau?! Wat betreft de inflatie ontwikkelingen zien we nu een niveau dat past bij de doelstellingen van de ECB. Recente marktverkenningen geven aan dat de eerste feitelijke renteverhogingen door de ECB later in de tijd worden verwacht dan eerder. Het tempo van deze renteverhogingen wordt nu ook langzamer ingeschat. Dit zorgt er ook voor dat de verwachte ontwikkeling van de lange rente gematigder is. In Amerika zijn er juist ook in 2018  weer diverse rente stappen omhoog gezet en wellicht nog enkele te gaan in 2018. Daarmee lopen de Verenigde Staten en de Eurozone steeds verder uit elkaar.
De rente van de ECB staat nog altijd op 0,0%, en om geld uit te lenen aan de ECB moeten partijen nog steeds 0,4% betalen. De 10-jaars rente staat op een niveau van 0,90%, maar is bewegelijk. Veranderingen van 0,10 procent of meer op een dag komen vaker voor dan in het verleden. Per saldo schatten wij voor 2019 een kortlopende rente licht beneden 0% en een langlopende rente tussen 1,0% en 1,7%. In de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing wordt er rekening mee gehouden dat de feitelijke rente anders kan verlopen. In de alinea (4.3.2.) over renterisicobeheer blijkt dat de kosten van een eventuele rente stijging gedempt wordt door een grotere spreiding van de leningenportefeuille dan de minimale spreiding die de wettelijk kaders voorschrijven. In de doorrekening van de begroting gaan wij uit gemiddeld 0% korte rente in 2019. Bij de lange rente voor nieuw aan te trekken leningen gaan we uit van gemiddeld 1,7% in 2019.

Met betrekking tot de Wet schatkistbankieren streven wij er naar in 2019 geen geld onder te brengen in de schatkist.

Om de nationale schuld en het Nederlandse begrotingstekort te beheersen, zijn er afspraken gemaakt tussen het Rijk en de gemeenten. Deze afspraken zijn in een wet vastgelegd, de zogenaamde Wet Hof (Houdbare overheidsfinanciën). Momenteel ontwikkelt de nationale schuld en het begrotingstekort zich gunstig. De middellange termijn doelstellingen tenderen naar een 0,5% structureel begrotingstekort geschoond voor de conjunctuur voor de gehele Nederlandse overheid (Rijk, Sociale fondsen, decentrale overheden, waaronder gemeenten, provincies en waterschappen). De afspraken voor de periode 2019-2022 zijn voor decentrale overheden 0,4% van het bruto binnenlands product per jaar gezamenlijk.
Er zijn momenteel geen individuele referentiewaarden voor schuldtekorten voor gemeenten vastgesteld.

Eind 2014 is de Regeling Uitzettingen en Derivaten Decentrale Overheden (RUDDO) als onderdeel van de Wet Financiering Decentrale Overheden (FiDO) aangepast. De beperkingen die zijn opgelegd gaan minder ver dan bij de overige publieke entiteiten. De ratingeisen voor de mogelijke tegenpartijen zijn aangepast aan de huidige realiteit, dat willen zeggen dat er wettelijk nu een single A-rating als ondergrens geldt. Wij hanteren in ons treasurystatuut voorlopig nog een ondergrens van AA-. Vanuit spreiding in de financieringsvormen ligt de voorkeur bij nieuwe financieringen niet op de eerste plaats bij de inzet van rente-instrumenten. In de prijzen van de nieuwe leningen houden we rekening met een zogenaamde liquiditeitstoeslag, die de afgelopen periode op het niveau van circa 0,1% bij een 10-jaars lening beweegt.

De administratieve organisatie van de treasuryfunctie is georganiseerd conform het door ons in 2014 vastgestelde Treasurystatuut. Het Treasurystatuut zal in de 2de helft van het huidige begrotingsjaar worden geactualiseerd.